Bij zowel Lean als Agile wordt er gefocust op klantwaarde. Toch worden de werkwijzen ingezet met een andere insteek; in een andere marktomgeving.
Bij Lean staat per definitie de klantwaarde centraal. Een bedrijf dat werkt met Lean optimaliseert de werkprocessen met als doel: de klantwaarde verhogen. Het gaat hierbij veelal om het optimaliseren van interne processen om geen tijd en geld te verliezen aan nutteloze handelingen. De marktomgeving is relatief stabiel, zodat de klantwens gebruikt kan worden als kapstok voor de optimalisatie van processen.
Ook bij Agile gaat het om klantwaarde. Bij Agile is het doel juist om in te kunnen springen op snelle marktveranderingen. Bij snel veranderende omgevingen is een project van een half jaar of jaar vaak zinloos. Tegen de tijd dat het project klaar is, zijn de wensen alweer veranderd. Een Agile bedrijf is een ultra-flexibel bedrijf dat zich snel aanpast aan veranderingen; een bedrijf dat constant kan innoveren en nieuwe kansen direct kan aangrijpen.
De bekendste methode van Agile is Scrum. Bij Scrum-projecten worden bruikbare deelproducten opgeleverd na iedere sprint (een sprint is een deelproject van 2-4 weken). Doordat er steeds een (deel-)product of dienst opgeleverd wordt, waar de klant al gebruik van kan maken, is er continu waarde voor de klant.
Je zou misschien wel kunnen stellen dat het bij lean gaat om de eindbestemming en bij agile om de reis. (met alle tussenstops die mooi zijn)